Etiketten zijn een belangrijk onderdeel van de verpakking van een product. Er staat super veel belangrijke informatie op die van belang zijn voor de consumenten. Wanneer je wilt weten wat er in een product zit, heb je het meeste aan de etiket.

Volgens de warenwet zijn er dan ook bepaalde onderwerpen die op elk etiket moet staan. Dit zijn de volgende onderwerpen:  

• Naam van het voedingsmiddel

• Lijst van de ingrediënten

• De hoeveelheid van ingrediënten, wanneer dit ingrediënt is genoemd in de naam of afgebeeld staat op de verpakking

• Eventuele allergenen

• De houdbaarheidsdatum

• Eventuele bijzondere bewaarvoorschriften of gebruiksvoorwaarden

• De naam en contactgegevens van de fabrikant of verkoper/importeur

• Een gebruiksaanwijzing, wanneer het product moeilijk te gebruiken is zonder gebruiksaanwijzing

• Land van oorsprong of plaats van herkomst

• Alcoholpercentage (wanneer er alcohol in het product zit wat ten minste 1,2% is)

• Voedingswaardevermelding

 

Een paar van deze onderwerpen willen we hieronder nog wat meer toelichten:  

 

Lijst van de ingrediënten

Met de ingrediënten worden alle grondstoffen waarmee het product gemaakt is bedoeld. Het ingrediënt wat vanboven staat, zit het meest in het product. Dus  van het ingrediënt wat helemaal onderaan de lijst staat, zit veel minder in het product.

 

Voedingswaardevermelding

Hierin staat van alle voedingsstoffen (micronutriënten en macronutriënten) hoeveel energie er van in een product zit. Als je verschillende producten met elkaar wilt vergelijken kan je het beste per 100 gram of 100 milliliter kijken, omdat deze hoeveelheid altijd op producten staat.

 

De houdbaarheidsdatum

Op een product kunnen twee verschillende soorten datums staan. Je hebt THT-datum, dit betekent tenminste houdbaar tot en je hebt TGT-datum, dit betekent te gebruiken tot. Het verschil tussen deze twee is dat je producten met een THT-datum vaak na de datum nog kan consumeren. TGT-producten moet je echt weggooien wanneer de datum is verstreken.